Lezersvragen: de schakel van denkwerk naar schrijfwerk
STAP 3A vormt de schakel tussen denken en schrijven. Met lezersvragen bouw je de structuur van het eindproduct, de tekst. Lezersvragen zijn de vragen in het hoofd van jouw lezer. Jouw tekst geeft – als het goed is – antwoord op die vragen. In de e-learning leer je hier meer over.
Je mag natuurlijk in overleg met betrokkenen de lezersvragen opstellen, maar het werkt ook prima, als jij dat als schrijver zelf doet op basis van alle informatie die tot op dat moment vastligt in STAP 1 en STAP 2 van het TVF, het tekstvoorbereidingsformulier. In het boek ‘Tekststrategie 2020’ vind je uitleg en voorbeelden.
Bekijk het boek Tekststrategie
TVF aanvragen
Je lezer blijft zitten met vragen…
Het gaat hier over schrijven, maar jij bent – net als bijna iedereen – een ervaren lezer. Lees je wel eens een tekst, waar je niet blij van wordt? Wat is het probleem? Te lang, ingewikkeld, irrelevant, herhalingen, saai, onduidelijk… Je krijgt geen antwoord op de vraag waarom de informatie interessant voor jou is. Herkenbaar?
Lees dit eens (39 woorden):
De organisatie zal de verschillende onderdelen van het personeelsbeleid goed op elkaar moeten afstemmen. Vooral de doorstroom van medewerkers, het bepalen en ontwikkelen van competenties en het bevorderen van de mobiliteit op de interne arbeidsmarkt zijn daarbij van belang.
Waar gaat dit over? Waarom is dit van belang? Nog een keer lezen? Wat is hier het probleem? Zo’n schrijver wil jij niet zijn. Dat kan anders…
Hoe pak je dit aan?
Natuurlijk mag je opmerkingen maken over de formulering:
- ‘zal‘ is overbodig; schrijf liever ‘de organisatie moet…‘
- ‘een organisatie die iets moet…’, dat voelt ook niet prettig en wie precies moet iets?
- ‘de doorstroom‘, ‘het bepalen en ontwikkelen‘ en ‘het bevorderen‘ is een inconsequente opsomming; beter is ‘de doorstroming‘, ‘bepaling en ontwikkeling‘ en ‘bevordering‘
- ‘het bepalen en ontwikkelen‘ is te veel, alleen ‘ontwikkelen‘ is genoeg
- ‘het bepalen van‘ en ‘het bevorderen van‘ zijn omslachtige en onnodige naamwoordconstructies
- ‘de mobiliteit op de interne arbeidsmarkt‘ is omslachtig; beter is ‘de interne mobiliteit‘
- …
Geneuzel over zinnen en woorden
Dit ‘geneuzel’ hierboven, over zinnen en woorden betreft echter alleen de ‘buitenkant’ van de tekst. Het zijn slechts ‘cosmetische aanpassingen’, aan de orde in de laatste fase van het schrijfproces, in STAP 3B en 3C. Dit ‘poetsen aan de buitenkant‘ is zinloos.
Als het om duidelijkheid en effectiviteit gaat, schiet je er niets mee op. Ga dus niet in discussie over zinnen en woorden, maar bespreek de keuzes die de schrijver heeft gemaakt. Welke keuzes dat zijn, leer je tijdens een Training Tekststrategie.
Dus geen geneuzel over zinnen en woorden, geen gepoets aan de buitenkant. Hier is iets anders aan de hand.
Logische lezersvragen
Beoordeel je vanuit de principes van tekststrategie deze tekst, dan komt in STAP 3A de logische lezersvraag naar boven borrelen: ‘Waarom moet ik iets?‘ en ‘Waarom is die afstemming van onderdelen van belang?‘
De lezer verwacht in een tekst antwoord op zijn lezersvragen. In de voorbeeldtekst gebeurt dat niet. Het antwoord blijft ‘verstopt’.
Wat betekent dat voor deze tekst? Op basis van alle opmerkingen maken we een nieuwe versie:
Afstemming tussen doorstroming van medewerkers, ontwikkeling van competenties en bevordering van de interne mobiliteit zorgt voor een effectief personeelsbeleid.
Begin met de kern
Aha, nu weet ik als lezer waarom die afstemming van belang is: voor een effectief personeelsbeleid. Dat is dus de kernboodschap (STAP 2B) van de schrijver. Helaas staat die nu nog helemaal achteraan in de tekst.
Wil je je lezer écht blij maken? Wil je dat hij direct begrijpt waar je het over hebt en voor waarom de informatie voor hem interessant is? We hebben een ‘ideale lezer'(2A) in gedachten die betrokken is bij bij de verbetering van het personeelsbeleid…
Begin met de kern en maak zichtbaar dat het om twee aspecten gaat. Doorstroming en interne mobiliteit is immers hetzelfde. De ‘afstemming tussen’ die twee aspecten voegt niets toe.
Een effectief personeelsbeleid vraagt om:
- doorstroming van medewerkers
- ontwikkeling van competenties
Conclusie
De oorspronkelijke tekst van 39 woorden is ingekort tot 11 woorden (28% van de oorspronkelijke tekst) en verduidelijkt door toepassing van tekststrategie. Dit levert niet alleen winst in tijd op, maar vooral winst in tevredenheid bij je lezer.